Music Business: Major Labels

Music Business: Major Labels

Als er één branche is met veel geheimen en een duistere kant dan is het de muziekbranche. Vooral platenmaatschappijen zijn bedrijven waar creatief boekhouden, dubieuze contracten en bizarre verhalen aan de orde van de dag zijn. Althans dat was het tot een aantal jaren geleden, toen het nog een miljardenbranche was. Er zullen ongetwijfeld nog genoeg labels zijn waar dit voorkomt, maar platenmaatschappijen weten het over het algemeen redelijk  goed onder de radar te houden.  

De artiesten zorgen voor de inkomsten bij platenmaatschappijen. Zonder goed verkopende artiesten heeft een label geen bestaansrecht. Veel artiesten en bands maken hier gretig gebruik van. Het was dan ook vrij normaal dat er binnen een label een persoon werkte die bijvoorbeeld LSD, XTC en cocaïne kon regelen voor artiesten en bands. In de documentaire Upside Down: The Creation Records Story zit een interview waarin verteld wordt dat oprichter Alan McGee elke vrijdag met een grote zak XTC op kantoor kwam. Bijna alle medewerkers van het label, van onder andere Oasis en Primal Scream, gebruikten de XTC om het hele weekend op kantoor door te trekken in afwachting van de nieuwe verkoopcijfers die elke maandagochtend bekend werden gemaakt. Nu was Creations Records een vrij klein onafhankelijk label. Het grote geld werd, vaak ten koste van de artiesten, verdiend bij de major labels. De geldmachines van de muziekindustrie. 

Artiesten willen over het algemeen graag een contract tekenen bij een major platenmaatschappij. Wanneer je als artiest een platencontract hebt worden de kosten voor bijvoorbeeld studiotijd, marketing rondom een album en het persen van de platen door de platenmaatschappij betaald. Daarnaast hebben major labels vaak distributiedeals met grote partijen, waardoor jouw album binnen no-time overal verkrijgbaar is. Uiteraard moeten hier wel inkomsten tegenover staan. Vooral major labels zien een artiest over het algemeen als een product en investering om geld mee te verdienen. Lange tijd verdienden platenmaatschappijen veel geld door de marges op cd’s en lp’s. Met de opkomst van het illegaal downloaden in de jaren 90 stortte de fysieke markt aardig in elkaar. Verkoopcijfers werden elk jaar slechter en platenmaatschappijen kregen het benauwd. Naar aanleiding hiervan werd de 360 deal ontwikkeld. 

Bij een 360 deal doet een artiest gedeeltelijk of geheel afstand van bijna al zijn rechten zoals portretrechten, merkrechten, naburige rechten en auteursrechten. Hiermee ontvangt een platenmaatschappij de inkomsten van bijvoorbeeld merchandise verkoop, concerttickets en royalty’s. In veel gevallen krijgt een artiest een voorschot met in de voorwaarden een vaste looptijd van het contract en / of een vereist aantal albums die de artiest of band bij het betreffende label uit moet brengen. In 2002 sloot EMI destijds een record 360 deal met Robbie Williams. Met deze deal kreeg hij een voorschot van 80 miljoen pond (ongeveer 90,5 miljoen euro) op de voorwaarde dat hij 4 albums bij het label uit zou brengen. Veel van dit soort deals hebben tot juridische gevechten geleid tussen platenmaatschappij en artiest.  Tot op heden nog steeds. DJ Martin Garrix won in september dit jaar nog een rechtszaak tegen zijn label Spinnin’ Records. Met deze rechtszaak die meer dan 2 jaar duurde kreeg Garrix de rechten (en dus ook inkomsten) van al zijn producties terug.

Momenteel is er weer een stijgende lijn in de verkoop van vinyl. Daarnaast wordt het illegaal downloaden, door diensten als Spotify en Apple Music, steeds minder. Inkomsten uit legale streamingdiensten is pas sinds een aantal jaren een vaste inkomstenbron voor platenmaatschappijen. De major labels hebben momenteel samen ongeveer 75% van het totale muziekaanbod wereldwijd.

The Big 4
Lange tijd waren er 4 major labels die voor een groot gedeelte het totale muziekaanbod bepaalden. EMI, Sony Music, Universal Music Group en Warner Music kregen door veel fusies en overnames van de kleine onafhankelijke labels de grootste artiesten onder contract.

Fusies en overnames binnen de muziekindustrie is iets wat al jarenlang op grote schaal gebeurd. Het is bijna niet bij te houden welke bedrijven en labels onderdeel van elkaar zijn. In 1972 was één van de eerste grote branchefusies tussen Phillips en Deutsche Grammophon GmbH. Met deze fusie ontstond het bedrijf Polygram en groeide uit tot een enorm muziekconcern. In 1989 nam Polygram een aantal platenmaatschappijen over, waaronder het Zweedse Polar Music International (het label van ABBA), Island Records en A&M Records. In 1993 kwam hier het legendarische Motown bij en later het Def Jam label. Uiteindelijk werd Polygram in 1998 voor 10,2 miljard dollar aan Seagram Company Ltd., destijds investeringsmaatschappij en eigenaar van Universal, verkocht. 

Verkoop EMI
Door de opkomst van onder andere het illegaal downloaden eind jaren 90 kregen de 4 major labels het zwaar. EMI werd hard getroffen door teruglopende verkoopcijfers. Op 11 november 2011 werd EMI verkocht aan de concurrenten. Sony/ATV de publishing tak van Sony Music kocht de muziekrechten van EMI voor 2,2 miljard dollar. Universal Music Group kocht de opnamestudio’s, opnames en artiesten voor 1,9 miljard dollar.

Universal Music Group
De historie van de Universal Music Group gaat ver terug en begon oorspronkelijk bij een andere platenmaatschappij. Decca Records, het van origine Britse label werd door Edward Lewis opgericht in 1929 in Kensington, Londen. In 1934 besloot Lewis een Amerikaanse tak van Decca op te richten. Door de opkomst van de nazi’s in Europa besloot Lewis in 1937 al zijn aandelen in American Decca te verkopen. Hiermee kwam American Decca volledig los van het Britse bedrijf. In 1962 kocht MCA Inc., een grote talent agency en tevens televisie producent, het label inclusief de sublabels Coral Records en Brunswick Records. In dezelfde periode kocht MCA Inc. ook 89% van de aandelen in Universal Pictures.In 1966 startte MCA Inc. het label Universal City Records. Op dit label tekende het bedrijf artiesten als Elton John, Neil Diamond en Olivia Newton-John. De verkopen van LP’s stegen en MCA besloot Kapp Records aan te kopen. Dit zorgde ervoor dat uiteindelijk in 1971 alle labels (American Decca, Universal City Records, Coral Records, Brunswick Records en Kapp) werden samengevoegd tot MCA Records. Vanaf 1968 werd de naam MCA Records al gebruikt om platen in de UK te verkopen. 

MCA Records bleef uitbreiden. In 1979 kocht het bedrijf ABC Records. Een grote partij die in het verleden al de labels Paramount, Dunhill, Impulse en Westminster had opgekocht. In 1985 kocht het bedrijf het Hip Hop Label Sugar Hill en in 1988 Motown. In 1990 kwam hier nog GPR en Geffen Records bij. Het Motown label werd in 1993 aan Polygram verkocht. Door alle uitbreidingen werd in 1989 de naam MCA Records gewijzigd naar MCA Music Entertainment Group.

Begin jaren 90 gingen de zaken minder voor MCA en in 1995 nam Seagram Company Ltd. 80% van de MCA over. Hiermee kreeg het bedrijf naast MCA Music Entertainment Group ook Universal Pictures in handen. Met de overname werd de divisies gesplitst in Universal Studios Incorporation en Universal Music Group. In 1998 kocht Seagram zoals eerder vermeld Polygram en voegde deze toe aan de Universal Music Group. In 2000 werd investeringsmaatschappij Seagram opgeheven. Het bedrijf verkocht de Universal Music Group aan de Franse investeringsmaatschappij Vivendi. Universal heeft bands als The Rolling Stones, U2 en Metallica onder contract. Het hoofdkantoor van Universal Music Group staat in Santa Monica, California.

Warner Music Group
Aan de andere kant van Amerika, aan de oostkust, vinden we op  Broadway, New York de andere multinational van de platenindustrie. Warner Music Group opgericht in 1958. Momenteel zijn Warner Bros. Records, Atlantic Records en Parlophone de belangrijkste labels van Warner. Naast de labels heeft het bedrijf ook het publishing bedrijf Warner/Chappell Music. 

Warner Music is voortgekomen uit het filmbedrijf Warner Brothers. Het filmbedrijf had in de jaren 50 acteur Tab Hunter onder contract. Hunter was naast acteur ook actief als popartiest. Destijds had Warner Bros geen platenlabel en Hunter bracht in november 1956 op het Dot Records label de single Young Love uit. Dot Records was in de jaren 50 onderdeel van Paramount Pictures, de grootste concurrent van Warner Bros. De single Young Love werd in 1957 een nummer 1 hit en werd meer dan een miljoen keer verkocht. Met het succes van deze single verdiende Dot Records en dus ook Paramount Pictures behoorlijk veel geld. Uiteraard was Warner hier niet blij mee, als acteur stond Tab Hunter immers bij Warner onder contract. Om dit in de toekomst te voorkomen besloot het bedrijf in 1958 Warner Bros. Records op te richten. In 1963 werd Reprise Records, het label opgericht door Frank Sinatra, erbij gekocht. Reprise is momenteel nog steeds onderdeel van Warner Bros. Records en heeft platen van artiesten en bands als Green Day, Jimi Hendrix, Tom Petty and the Heartbreakers en Fleetwood Mac in de catalogus.

In 1967 werd het label Atlantic Records overgenomen door Warner. Atlantic was gespecialiseerd in jazz, R&B en soul muziek met artiesten als Aretha Franklin, Ray Charles, Wilson Pickett en Otis Redding. Met deze overname werd het Atlantic label direct uitgebreid met pop en rock artiesten als Led Zeppelin en Yes. De diversiteit van Atlantic is de afgelopen jaren verder uitgebreid met elektronische dance acts als Rudimental en Skrillex en country bands als Zac Brown Band. De grootste artiesten op dit label zijn momenteel Ed Sheeran en Bruno Mars. 

Na de overname van EMI door de Universal Music Group, werd Universal door de Europese Commissie verplicht om een aantal onderdelen te verkopen. Het bedrijf zou anders teveel macht krijgen in de muziekindustrie. Hierdoor kon Warner Music in 2013 het Parlophone label aankopen. Parlophone werd, met bands als Coldplay, Blur en Iron Maiden het derde paradepaard van de Warner Music Group. Parlophone is al in 1896 opgericht en is hiermee het oudste label van de groep.

Sony Music
De geschiedenis van Sony Music gaat heel ver terug en begint eigenlijk al in 1888 bij de oprichting van The Columbia Phonograph Company later Columbia Records, de oudste platenmaatschappij van de wereld. Het bedrijf verkocht toen alleen nog fonografen en wassen rollen met opnames. 

De platte plaat kwam later. Deze werd in 1989 uitgevonden door Emile Berliner, eigenaar van het Amerikaanse bedrijf Victor Talking Machine Company en het Britse bedrijf The Gramophone Company. Aangezien Berliner alle patenten had op platte platen gaf hij in 1901 een licentie aan Columbia Records om deze platen te produceren. In die tijd was het enkel mogelijk om maar op één kant van de plaat muziek op te nemen. Pas in 1908 begon Columbia met de massaproductie van dubbelzijdig afspeelbare platen. 

Het Amerikaanse Columbia Phonograph verkocht in 1922 haar Britse dochteronderneming Columbia Graphophone. De zaken voor de voormalig dochteronderneming gingen goed. Zo goed zelfs dat het bedrijf in 1925 het Amerikaanse Columbia Phonograph, wat ondertussen Columbia Records is geworden, erbij koopt. Het is wel fascinerend dat een Engelse dochteronderneming wordt verkocht en zelfstandig dusdanig goed presteert dat het 3 jaar later de voormalig Amerikaanse moederonderneming kan kopen. In 1926 koopt Columbia Graphophone de labels Odeon Records en Parlophone Records erbij. In 1931 fuseert Columbia Graphophone met The Gramophone Company van Emile Berliner. Met deze fusie komt het bedrijf onder nieuw management en veranderd de naam in EMI. 

Door de fusie is het bedrijf te groot geworden en de Amerikaanse commissie verplicht EMI om het Amerikaanse Columbia Records te verkopen. Het bedrijf Grigsby-Grunow koopt Columbia Records, maar moet het label door eigen faillissement in 1934 weer doorverkopen aan de American Record Company of ook wel ARC Records. Ook dit is niet van lange duur. In 1938 wordt ARC inclusief Columbia Records over genomen door de Columbia Broadcasting System. 

In 1938 ten tijde van deze overname heeft EMI in de UK nog steeds Columbia Graphophone en in Amerika heeft CBS het Columbia Records label. Dit was nooit een probleem omdat EMI eigenlijk alleen Columbia platen in Europa uitbracht en CBS enkel Columbia platen in de USA. Echter in 1961 besluit CBS ook Columbia platen buiten Amerika en in Canada uit te brengen. Om verwarring te voorkomen met het Engelse Columbia label van EMI worden de platen van het Amerikaanse Columbia uitgebracht onder het label CBS Records. In 1988 werd CBS Records aan Sony Music verkocht. Op 1 januari 1991 veranderde Sony Music de naam CBS Records officieel weer terug in Columbia Records. EMI heeft begin jaren 70 het Engelse Columbia label opgeheven. Momenteel is er dus nog één Columbia label over.

Columbia Records, RCA Records en Epic Records zijn de belangrijkste labels van Sony Music. Op Columbia zitten onder andere artiesten als AC/DC, Bruce Springsteen, Bob Dylan en Arcade Fire. RCA Records heeft artiesten als Justin Timberlake, Foo Fighters en Kings of Leon. Epic Records heeft Ozzy Osbourne, Jennifer Lopez en Mariah Carey. Epic heeft in Nederland een apart label genaamd Epic Amsterdam. Op Epic Amsterdam brengen artiesten als Martin Garrix en Hardwell hun platen uit. 

Close Menu